Het geven van borstvoeding wordt vaak gezien als een belasting voor de moeder. Zodra een moeder zich niet helemaal fit voelt, krijgt ze te horen dat zelf voeden te veel van haar vergt.
Maar hoeveel vergt borstvoeding geven werkelijk? En wat staat daar tegenover? Oftewel: Wat zijn de kosten en de baten van het borstvoeding geven voor het moederlichaam?
De nodige energie
Een moeder die borstvoeding geeft verbruikt meer energie en moet dus ook meer energie tot zich nemen. Gemiddeld heeft een voedende moeder zo’n 500 kilocalorieën per dag extra nodig.
Deze extra energiebehoefte wordt maar voor een deel voldaan door meer te eten. De rest van de energie wordt verkregen doordat een voedende moeder regelmatig gaat zitten of liggen om haar kind te voeden. Op die momenten verbruikt ze minder energie voor zichzelf. Verder werkt de stofwisseling van een voedende moeder efficienter, waardoor er minder energie wordt verbruikt.
Maar ook als een moeder voldoende extra energie tot zich neemt en vaak rust, kan ze zich moe voelen. Dit heeft enerzijds een hormonale oorzaak (zie verderop). Anderzijds wordt vaak over het hoofd gezien dat het moeder-zijn gewoon vermoeiend is, onafhankelijk van de voeding die de baby krijgt. De moderne maatschappij verlangt van moeders dat zij na een aantal weken weer gewoon meedraait, alsof zij niet net een zwangerschap en een bevalling achter de rug heeft. Maar biologisch gezien werkt dit niet zo. Het lichaam heeft bijna een jaar nodig om te ontzwangeren. Vermoeidheid kan een signaal zijn, dat dit proces nog gaande is.
Iedere gezinsuitbreiding vereist aanpassing. Het leven met een nieuwe baby is altijd anders dan het leven voor die tijd zonder dit kind in het gezin. En hoe gemakkelijk die overgang voor sommigen ook is, aanpassen aan een nieuwe situatie kost altijd energie.
Borstvoeding geven kost niet alleen maar energie. Borstvoeding geven levert ook voordelen op voor de moeder.
Lichamelijke voordelen
Een moeder die borstvoeding geeft herstelt sneller van de bevalling. Het hogere oxytocine-gehalte in haar lichaam zorgt voor een sneller herstel van de baarmoeder. Doordat deze sneller zijn oorspronkelijke grootte terugkrijgt, is er minder kans op nabloedingen. Dit geldt niet alleen na een bevalling die langs natuurlijke weg is verlopen. Ook na een keizersnede is dit een groot voordeel. Aangezien deze ingreep een verhoogd risico draagt van veel bloedverlies, is het juist dan van belang dat er zo spoedig mogelijk wordt begonnen met het geven van borstvoeding.
Een voedende moeder heeft beduidend meer prolactine in haar lichaam. Dit hormoon bevordert de zorgzaamheid en wordt daarom ook wel het zorghormoon genoemd. Ook vaders en anderen die zorgen, hebben een verhoogd gehalte van prolactine in hun lichaam.
Moeders die een chronische ziekte hebben, merken vaak dat hun symptomen minder erg zijn tijdens de zwangerschap. Dit komt door de invloed van hormonale veranderingen. Wanneer een moeder na de geboorte van haar kind borstvoeding gaat geven, dan zal het ontzwangeren geleidelijk gaan. De schommelingen in de hormoonhuishouding verlopen geleidelijker. Daardoor kan er een stabiliserend effect zijn op de verbeterde conditie van de moeder. Hierdoor kan de terugkeer van de ziekteverschijnselen aanmerkelijk worden vertraagd. Dit verschijnsel doet zich met name voor bij ziektes als diabetes, epilepsie, reumatische artritis, en multiple sclerose. Maar ook vrouwen die gevoelig zijn voor depressie merken vaak een verbetering doordat hun hormoonspiegel stabieler is.
Andere voordelen
Borstvoeding kan in principe altijd en overal gegeven worden. Het is altijd bij de hand, op de goede temperatuur, in de juiste samenstelling en vers. Ook afgekolfde moedermelk is gemakkelijk te bewaren. Kunstvoeding is buiten de koelkast slechts een uur houdbaar en gekoeld niet langer dan 24 uur. Voor moedermelk zijn die tijden respectievelijk zes tot tien uur en acht dagen. Moedermelk zo uit de originele verpakking hoeft niet te worden opgewarmd. Dit is net zo goed thuis handig, als wanneer een moeder met haar baby op bezoek of onderweg is.
Het kunnen geven van borstvoeding kan veel voldoening geven. Als een baby uitsluitend moedermelk krijgt en het goed doet, dan heeft dit ook een positief effect op het gevoel van welzijn van de moeder. Dit is niet zomaar een leuk bijverschijnsel, maar een belangrijk aspect in de binding tussen de moeder en haar kind.
Slaapmiddel
Nachtvoedingen zijn een stuk eenvoudiger. Je hoeft er niet uit om voeding op te warmen en je baby hoeft niet te wachten totdat het klaar is. Als moeder en kind dicht bij elkaar slapen, is het zelfs nog gemakkelijker. De moeder kan de baby direct aanleggen, zodra deze zich begint te roeren. Zo hoeft zij niet helemaal wakker te worden. Zij kan al voedend verder doezelen en slaapt na de voeding gemakkelijker weer verder.
Ze wordt daarbij geholpen door het hormoon oxytocine, dat bij iedere voeding vrijkomt en ontspannend werkt. Moedermelk bevat ook het hormoon cholecystokinine (CCK). Dit zorgt ervoor dat zowel de moeder als de baby zich slaperig gaan voelen. Wanneer de baby aan haar borst drinkt, komt dit hormoon bij de moeder vrij, zodat ze gemakkelijk kan uitrusten en ontspannen. Bij de baby komt CCK vrij door het drinken aan de borst en wanneer de voeding, met name de vette voeding, in de maag komt. Het hormoon piekt zelfs twee keer: een keer aan het einde van de voeding, en een tweede grotere piek tussen ongeveer 30 en 60 minuten na de voeding. De baby drinkt aan de borst, wordt slaperig, doezelt een tijdje weg, maar wordt dan weer wakker voor een toetje van vette voeding. Deze vette melk zorgt voor de tweede, hogere piek, waardoor de baby in een diepere slaap valt (dit toetje is trouwens ook prima voor de melkproductie van de moeder!). Wanneer de baby op deze manier in slaap wordt gevoed, krijgt hij de kans om op de meest natuurlijke manier in slaap te vallen. Als de moeder wacht tot de tweede piek van het hormoon CCK, is de kans groter dat de baby wat langer slaapt en niet bij de aanraking van zijn bedje weer wakker schrikt.
De langere termijn
Er zijn aanwijzingen dat de botdichtheid van diverse beenderen toeneemt, naarmate het aantal zwangerschappen stijgt. De botdichtheid wordt verder nog sterker door het geven van borstvoeding. Hoe langer er wordt gevoed, hoe sterker de botten. Dit verkleint het risico om op latere leeftijd last te krijgen van botontkalking en heupfracturen.
Door borstvoeding te geven, kan de terugkeer van de vruchtbaarheid worden vertraagd. De menstruatiecyclus komt bij vrouwen die uitsluitend borstvoeding geven meestal pas na maanden weer op gang, terwijl vrouwen die niet voeden zo’n zes tot acht weken na de bevalling alweer ongesteld worden. Hoe eerder de menstruatie na de bevalling terugkeert, hoe groter de kans op bloedarmoede en ijzertekort.
Naarmate een vrouw langer borstvoeding geeft, vermindert voor haar het risico op borstkanker voor de menopauze. Ook de leeftijd waarop wordt begonnen met borstvoeding, heeft hier invloed op. Hoe jonger zij begint met het geven van borstvoeding, hoe kleiner de kans wordt om borstkanker te krijgen. Tot slot speelt ook het aantal borstgevoede kinderen een rol bij het verkleinen van het risico. Hoe meer kinderen een moeder borstvoeding heeft gegeven, hoe groter dit positieve effect. Een vrouw, die al voor haar twintigste is begonnen met borstvoeding geven en haar kinderen minstens zes maanden heeft gevoed, heeft de helft minder kans op borstkanker. Wanneer men dit doorrekent, kan men de volgende conclusie trekken: Als alle vrouwen, die kinderen krijgen, hun kinderen zelf langer dan 24 maanden voeden, dan kan het voorkomen van borstkanker met 25 % worden verminderd.
Borstvoeding geven beschermt een vrouw ook tegen bepaalde vormen van eierstokkanker. Hiervoor maakt het niet uit hoe lang de borstvoedingsperiode duurt.
Ook tegen diabetes biedt borstvoeding bescherming. Zelfs wanneer het maar om een korte borstvoedingsperiode gaat, heeft dit een gunstig effect op de suiker- en vetstofwisseling.
Borstvoeding geven heeft invloed op de manier van moederen. Moeders die ervaring hebben met zowel kunst- als borstvoeding, merken vaak dat zij door borstvoeding hun kind anders bemoederen. Borstvoeding blijkt een grote invloed te hebben op de houding tegenover kinderen en hun opvoeding.
Eén nadeel
Wanneer zich bij de moeder een ernstige aandoening openbaart, loopt zij de kans dat dit pas in een later stadium ontdekt wordt. Het is wel voorgekomen dat echte klachten niet serieus werden genomen, omdat ze aan de borstvoeding werden toegeschreven.