Wetenschappers blijven nieuwe bestanddelen in moedermelk ontdekken en typeren, en het einde van de ontdekkingsreis is nog niet in zicht. In 2007 ontdekten wetenschappers stamcellen in moedermelk (Cregan et al.). Kort daarna, in 2009, werden in een brede studie (Molinari et al.) van het proteoom van moedermelk 261 nog nooit eerder geïdentificeerde eiwitten ontdekt. In 2015 werden in een artikel (Alsaweed et al.) meer dan 300 nieuwe microRNA-melkmoleculen beschreven, ingrediënten die een bewezen belangrijke rol spelen in de regeling van genexpressie.
Belangrijkste bevindingen
Moedermelk is meer dan alleen voeding. Multifunctionele eiwitten, zoals sIgA, lactoferrine en lysozyme, evenals vrije vetzuren, hebben een infectiewerende functie die de gezondheid van de baby ondersteunt.
Deze werken samen om zich aan microben te binden, deze te inactiveren of te vernietigen zodat ze zich niet meer in slijmvliezen kunnen nestelen.
Levende cellen van de moeder worden via de melk overgedragen aan het kind. Dit zijn onder andere uit het bloed afkomstige leukocyten, cellen van het melkklierepitheel, stamcellen en celfragmenten, die de afweer van de baby versterken.
Daarnaast ontvangt de baby een hoog percentage aan oligosachariden in de moedermelk; hiervan is bewezen dat ze een belangrijke immunologische functie hebben door hun probiotische werking die de intestinale groei van commensale bacteriën bevordert. Ze dienen ook als lokaas of receptoranalogen om zo de binding van pathogenen (waaronder rotavirussen) aan intestinale oppervlakken te verhinderen.
Moedermelk bevat ook commensale bacteriën die deel gaan uitmaken van de microflora in de darm en ontstekings- en immunomodulaire processen beïnvloeden. Commensale bacteriën voorkomen niet alleen overmatige groei van pathogene bacteriën, ze verzuren ook het darmkanaal, fermenteren lactose, breken lipiden en eiwitten af en produceren vitamine K en biotine.